Induline 2ZW-535

De ondergrond moet schoon, droog, stof-, vetvrij zijn, ontdaan van stoffen die de hechting nadelig beïnvloeden en vakkundig voorbewerkt.

Maatvaste houten elementen: houtvochtgehalte 11-15%

Eventueel niet resistente houtsoorten met een houtbeschermingsmiddel* impregneren (*Biocide producten veilig verwerken. Voor gebruik altijd het etiket en de productinformatie lezen!)

Houtoppervlakken gronderen.

Ondoorzichtige (witte) oppervlakken gronderen met Induline GW-306 of GW-309.

Verbindingsnaden eventueel met Induline V-Voegbescherming of Induline AF-920 beschermen.

Temperatuur van het materiaal, de ondergrond en de omgeving: min. +15 °C tot max. +30 °C.

De aangegeven waardes hebben betrekking op onverdund materiaal. Het beste spuitbeeld wordt verkregen bij een materiaaltemperatuur van 15°C tot 20°C.

Voor goede ventilatie en luchtverversing zorgen.

Door het opzetten van een proefvlak eventueel de verdraagzaamheid en isolerende werking met de ondergrond testen.

Airlessspuiten: Nozzle: 0,28 mm, Spuitdruk: 120 - 130 bar.

Airmix spuiten: nozzle: 0,28 mm, spuitdruk: 100 - 120 bar, luchtdruk 1,4 - 1,6 bar.

Aanbrengen van de folie op de gelakte profielen mogelijk direct na de afkoelfase. De folie moet uiterlijk na 6 maanden van het profiel worden verwijderd.

Bij uitzondering kan herhaling van de behandeling noodzakelijk zijn.

Voor de aflak schuren: P 220 - 240. Schuurstof verwijderen.

De compatibiliteit, de hechting en de kleurtint moeten worden getest door op de ondergrond proefvlakken aan te brengen.

Alvorens technisch gemodificeerde houtsoorten en materialen op houtbasis te coaten, moeten een proefcoating en een geschiktheidstest voor het gewenste toepassingsgebied worden uitgevoerd.

Bij watergedragen verfsystemen bestaat altijd een kleine kans op verkleuring door houtinhoudstoffen.

Harsuittreding vanuit het hout is een natuurlijk proces en kan door een verfsysteem niet worden voorkomen, zie BFS-merkblad nr. 18.

Te veel verdunnen, een te hoog vochtpercentage in het hout of het niet aanhouden van de aanbevolen laagopbouw, verbruikshoeveelheden en droogtijden kunnen de isolerende werking van het product beïnvloeden.

Bij houtsoorten met poriën (bijv. eiken) erop letten dat er poriën vullend wordt gelakt. Overschrijding van de aanbevolen verbruikshoeveelheden kan eventueel nodig zijn.

Stofdroog: na ca. 30 minuten
Schuurbaar en overschilderbaar: na ca. 4 uren
(bij 20 °C en 65 % r.l.v.)

Lage temperaturen, weinig ventilatie en een hoge luchtvochtigheid vertragen de droging.

Klaar voor gebruik, indien nodig met 10 - 20 % water verdunnen.
Bij verwerking in een vloeibekerpistool: verdunnen met 10 - 20 % water.

airless-/ airmix-spuitsystemen, vloeibekerpistool

Reinig gereedschap onmiddellijk na gebruik met HFW7-017A - Speciale reinigingsoplossing.

Reinigingsrestanten conform de plaatselijk geldende voorschriften deponeren.

In ongeopende, originele verpakking koel, droog en vorstvrij opgeslagen min. 12 maand.

130 - 180 ml/m² per laag
(komt overeen: natte laagdikte: 130 - 180 µm, droge laagdikte: 40 - 55 µm)

Afdichtingsproducten moeten zich verdragen met de verf en mogen pas worden aangebracht wanneer de verflaag goed gedroogd is.

Alleen weekmakervrije afdichtingsprofielen gebruiken.

Grotere productresten moeten in de originele verpakking worden afgevoerd in overeenstemming met de geldende voorschriften. Volledig lege verpakkingen moeten worden gerecycled. Mag niet samen met het huishoudelijk afval afgevoerd worden. Niet in de gootsteen werpen. Niet in de riolering lozen.

Verdere informatie met betrekking tot de veiligheid bij transport, opslag, afval en ecologie vindt u in onze nieuwste veiligheidsinformatiebladen.