Keimooi. Een uitdrukking die je gebruikt als je iets heel moois ziet. In Boulogne-Billancourt, ten westen van Parijs, kunnen ze die uitdrukking ook letterlijk gebruiken. Jean de Gastines en Shigeru Ban hebben het ei ontworpen en het ten westen van Parijs op het Ile Seguin neergeplant.
Het nieuwe concertgebouw La Seine Musicale is 70 m lang en 45 m breed. De eivorm werd niet alleen gekozen voor het optisch effect, maar biedt ook statische voordelen. De gebogen vorm maakt het mogelijk om de belasting via gelijkmatige drukpunten over de boog of het oppervlak van de eierschaal te verdelen. Deze vorm is duidelijk efficiënter dan bijvoorbeeld een rechte balk en biedt mogelijkheden voor een ambitieus interieurconcept. Zo is er een grote zaal met plaats voor wel 6.000 bezoekers, die er vooral naar popconcerten kunnen gaan kijken. Daarnaast herbergt het ei ook een zaal met 1.150 zitplaatsen voor concerten van klassieke muziek. De muren zien eruit als honingraten en werden gebouwd met 1.700 individueel gebogen naaldhouten balken. Deze geometrie is kenmerkend voor de binnenkant van het 'auditorium' met zijn podium in het midden en de rangen eromheen. Ook het energetische concept is bijzonder origineel. Een met zonnecellen gevuld vlot glijdt op rails rondom het gebouw met de zon mee. Zo staan de zonnepanelen altijd in een ideale hoek tegenover de zon en leveren ze de hele dag door elektrische energie.
Een bouwdoos met 1.700 stukken
De volledige constructie moest zowel een hoge esthetische waarde hebben als statisch veilig zijn. En als het even kon ook nog duurzaam zijn én blijven. Het plan was simpel: CNC-productie van 1.700 afzonderlijke balken uit sparren- en beukenhout voor de bouw van de constructie. Maar het plan uitvoeren, dat was een ander paar mouwen. De reusachtige bouwdoos had een totaal volume van ca. 900 m³.
Houtbescherming voor de "eierschaal”
De architectuur van het concertgebouw La Seine Musicale, gemaakt van glas en hout, stelt enorme eisen op het gebied van bestendigheid tegen weersinvloeden. Een constructieve houtbescherming is gewoonlijk de eerste oplossing voor hout in de openlucht om de duurzaamheid van het materiaal te garanderen. Maar bij dit bouwproject was dit niet gepland en ook niet mogelijk. Het ging er dus om het best mogelijke coatingconcept te vinden en toe te passen. Zo kwam men terecht bij de producten van Remmers. Enerzijds wilde men de grondstof, het hout, zo goed mogelijk optisch tot zijn recht laten komen en anderzijds het hout ook duurzaam maken. Dat vraagt om een betrouwbare bescherming tegen omgevingsinvloeden, zoals UV-straling van de zon, koude, vocht en houtaantastende zwammen en insecten, voor wie de beschutte hoekjes perfecte leefomstandigheden vormen.
Individuele impregnering om het kopshout tegen vuil, blauwschimmel en termieten te beschermen
Voordat de afzonderlijke balken tot een geheel werden gevormd, kregen ze eerst een primaire beschermingslaag. Dat moest vooraf gebeuren, want zodra de bouw begon, was daar geen kans meer toe. De individuele impregnering en houtversteviging met Induline SW-910 en SW 900-IT beschermt het kopshout tegen indringend vocht, verstevigt het hout en egaliseert de ondergrond om vlekvorming bij beitsophopingen te voorkomen.
Afwerking met Houtbeits Long Life UV
Houtbeits Long Life UV is een beits op waterbasis. De speciale UV-blokkers die erin verwerkt zijn bieden een langdurige bescherming tegen weersinvloeden. Die UV-blokkers hebben zelfs een tweeledige functie: de UV A-bescherming beschermt het hout tegen vergrijzing (afbraak van lignine) en het HALS-complex fungeert als radicaalvanger en beschermt zo het bindmiddel - de beitsfilm - tegen voortijdige afbraak.